© 2020 Jacqueline van Zwieteren. All rights reserved.

Een gevoel dat zich slecht laat omschrijven

Ik kan bijna staarten maken met zijn haar,’ roept een collega lachend door het openstaande raam, ‘zal ik het knippen, nu de kapper niet mag komen?’ voegt ze er knipogend aan toe.
Ik weet dat ze dat nooit zomaar zou doen, mijn vaders haren knippen. Toch zeg ik haar: ‘Nee! Lekker lang laten, af en toe je handen door zijn haren woelen, dan krijgt hij weer die woeste krullen die hij vroeger had na een strandwandeling tijdens een stevige zuidwester. Haren als golven.’

Mijn vaders roots liggen in Den Haag, hierdoor strekten zijn strand en duinen zich meestal uit tussen Wassenaar en Hoek van Holland. In de jaren dat we als gezin in Monster woonden en onze voordeur slechts twee keer oversteken van de duinen verwijderd was, wandelde of fietste ik regelmatig onder lichte dwang met hem mee. Richting Hoek van Holland lonkte het frietje of het ijsje bij de snackkar op de pier. Angstvallig hield ik dus in de gaten of hij zijn portemonnee wel in zijn zak stopte. Tenslotte wilde ik niet dat hele eind voor niets op pad zijn geweest. De beloning kwam vaak maar niet altijd, soms was hij zijn geld toch vergeten, bewust of onbewust. Hij weet het niet meer.

‘Oké,’ zegt mijn collega, ‘ik ga mijn best doen.’ Ik steek een duim op en fiets naar huis.

Een studentenhuis voor de 21-minners, daar begint het thuis op te lijken. Een vakantiehuis zonder zwembad. Een NetFlix-hut zonder gêne. Een voedselinnamestation buiten proporties, alwaar een absurd dag-nachtritme met een overdosis aan gamen, online lessen en online projecten. Ik ben trots dat de jongens zich aan de regels houden, ook al probeert er eentje de regels op te rekken (‘Ik ben niet meer ziek.’) en vindt er eentje het wel gezellig dat hij niet meer de enige is die meestal thuis is (‘Wat doen jullie vanavond?’). De derde heeft van zijn kamer een sportschool gemaakt en drukt zich zwetend op, op mijn yogamatje (‘Jij gebruikt het toch nooit, mam.’). Al mijn werkzaamheden vinden inmiddels ook verplicht thuis plaats, nu we een zieke onder ons hebben met alle verschijnselen van. Ik begin de termen Whereby en Zoom steeds meer te begrijpen, in te zetten en te waarderen. We wachten min of meer geduldig af tot het leven weer een beetje opgerekt mag worden. Ik mis mijn oudste en zijn vriendin, ik mis mijn ouders, ik mis alle dierbaren zoals ik vroeger heimwee had. Heimwee naar het vertrouwde, het veilige. Een onbestendig gevoel dat zich slecht laat omschrijven. Wetende dat ik het ondanks alle beperkingen nog steeds heel rijk heb, wens ik jou ook alle goeds. We wachten met zijn allen tot de zuidwester is gaan liggen.

Ik ontvang een foto van mijn vader op Familienet; zijn grijze haren glinsteren golvend in het zonlicht. Hij lacht naar de camera. 

Op veilige afstand wens ik je een bloeiende lentemaand met nieuwe – nooit gedachte – mogelijkheden. Zorg voor jezelf en voor elkaar; het levert zulke mooie verhalen op.

 

Foto: Noorder havenhoofd, Vissershaven.

Plaats een reactie

Uw e-mail wordt nooit gepubliceerd noch gedeeld. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *

U mag deze HTML-elementen en attributen gebruiken <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>

*
*