© 2021 Jacqueline van Zwieteren. All rights reserved.

Dat wat we niet (willen of kunnen) vertellen

Weet je dat bijna iedereen geheimen heeft of heeft gekend? Ook de mensen die beweren van niet? Ieder van ons heeft een of meer geheimen en ruim de helft van onze geheimen delen we met tenminste één persoon. Soms zijn geheimen omvangrijk en machtig en vormen ze een last. Grote geheimen kunnen gaan over relatieproblemen, lichamelijke kwalen, psychische ziektes, financiën of twijfels. Maar geheimen kunnen ook kleine eigenaardigheden zijn of grappige gewoontes waarvoor je je misschien (onterecht) schaamt.

Er zijn natuurlijk ook geheimen die verjaren. Wat je als kind geheimhield voor je vriendinnetjes is nu (waarschijnlijk) niet meer zo belangrijk. Er zijn publieke geheimen, officieel bij niemand bekend maar wat iedereen al weet. Er zijn geheimen die nooit verteld worden, die gaan mee in het graf of blijven altijd bij de smid. Het kunnen familiegeheimen zijn of geheimen die je per ongeluk achterhaalt.

De gevolgen van grotere geheimen voor je houden, laten vaak jaren later nog sporen na in je leven. Geheimen vreten aan je; je wilt er niet aan denken, maar omdat je het niet wilt, denk je er juist meer over (Denk niet aan de roze olifant). Het vertellen van geheimen kan dus opluchten en nieuwe wegen openen. Uit onderzoek naar geheimen blijkt dat het beter kan zijn je geheimen te delen dan ze voor je te houden. Dat een gedeeld geheim verloren gaat, gaat niet altijd op. Iets in vertrouwen aan iemand zeggen wordt niet per definitie openbaar gemaakt. Je zadelt wel weer iemand anders op met jouw geheim… Denk dus goed na over met wie je je geheim(en) deelt. Aangrijpend, boeiend, zinderend: Geheimen zijn stof voor verhalen.

Een van mijn schrijfgroepen gaf ik de opdracht om in enkele associatieve stappen op zoek te gaan naar een persoonlijk geheim dat verteld mag worden. Want: Op 1% na heeft tenslotte iedereen geheimen. Hun geheimen betroffen in eerste instantie grote geheimen van anderen en daar wilden zij zeker niet over schrijven. Dat zegt gelijk al zoveel moois over de schrijvers! En ze creëerden hiermee in feite zelf het onderwerp van hun autobiografische verhaal. Wat doen geheimen (van anderen) met mij, hoe ga ik ermee om? Wat betekent dit voor mij, als persoon? Hoe zie ik mijzelf? Hoe voel ik mijzelf? Prachtige zelfreflecties en toch ook nog spontaan een grappig en stout jeugdverhaal en een toekomstige verrassing. Allemaal vol beelden, geluiden, kleuren, geuren, gevoelens en gedachten. Waar dat over ging? Sorry, dat is geheim.

En jij? Hoeveel geheimen heb jij? Groot of klein? Zwaar of grappig? Wat doen deze geheimen met jou? Deel je ze wel of niet? En het belangrijkste, hoe voel je je daarbij?

Ik wens je zonnige maanden vol geluk. Steeds een beetje dichter bij elkaar, steeds een beetje warmer, zachter en meer contact. Geniet van wat je ziet, hoort, voelt, proeft en ruikt. Pak je pen en papier. Reflecteer en leg vast. Zoek het klavertjevier; het levert zulke mooie verhalen op!

 

PS De rode draad van mijn roman Mendax is het (niet) delen van leugens en geheimen. Gevoeld, ervaren, gereflecteerd en beschreven vanuit wisselend perspectief. Na de zomer meer nieuws hierover!

 

Met dank aan: José Franssen