‘Mam, blog, seks, ranzig’ zijn de woorden die ik vluchtig lees op mijn mobiel terwijl ik voor een rood stoplicht sta.
Omdat het licht op groen springt en vervolgens de hele rit een groene golf lijkt te zijn (altijd als je juist wilt dat je even stil kunt staan), ben ik pas 15 minuten later in staat om het bewuste sms’je opnieuw en nu goed te lezen.
‘Mám! In je laatste blog staat héél vaak het woord seks, ieuw! Écht ranzig!’
Er hangt een groot vraagteken boven mijn hoofd en snel start ik mijn computer op. Mijn laatste blog is een relaas van een goede vriendin die zo vaak over haar schoonmoeder vertelde dat ik gevraagd heb of ik een blog aan haar mocht wijden. Maar seks? Nee.
De gedachte dat iemand ingebroken heeft in mijn account (De Boze Schoonmoeder?) en een ranzig geheel gemaakt heeft van het verhaal, komt in mij op. Niets is tenslotte onmogelijk!
Op de site zoek ik snel de bewuste blog. Welgeteld lees ik één keer het woord seks en dus niet héél vaak.
Dan valt het kwartje. Als er iets is waar veel kinderen (ik zelf behoor trouwens ook tot die groep) niet aan moeten denken dan is het wel aan het feit dat hun ouders ‘het’ doen. Of er over schrijven (helemaal verschrikkelijk). Daar zijn mijn jongens geen uitzondering in.
Mijn (jongste) jongens horen dus het liefst dat hun ouders niet aan seks doen en dat ook nooit hebben gedaan, dat weet ik zeker. Het zijn te vondeling gelegde prinsen, beweren ze zelf. Of hopen ze. Sowieso een beter klinkend verhaal dan het feit dat je ouders vroeger inderdaad….
Ik stel mijn overigens altijd feestvierende zoon (in de breedste zin van het woord) gerust: ‘Het verhaal gaat niet eens over ons’. Hij kijkt me aan, trekt één wenkbrauw kritisch omhoog en reageert lauwtjes met een: ‘Ja, ja’.
Zo, nu alleen nog even tellen en me voorbereiden op een volgende sms.