Negen jaar oud en één jaar verkering: dat moet gevierd worden! Dus ga ik met Casper en vriend (die ook een jaar verkering heeft) op woensdagmiddag naar de stad om een cadeautje te kopen.
Ik word meegelokt naar Intertoys om een roze radiootje á € 5, – aan te schaffen. Eenmaal in de winkel wordt er schoorvoetend bekend dat de meisjes liever het fototoestel willen hebben. Casper en vriend blijken de dames een keuze gegeven te hebben: radio of fototoestel.
Het gewenste toestel ligt achter slot en grendel (hoe duur zou het eigenlijk zijn?). De manager toont ons, dan nog opgewekt, de twee doosjes: ‘Dat is dan twee maal € 9,95’. Ik kijk Casper vragend aan. Hij weet dat hij dit cadeau van zijn eigen geld moet betalen (nadat hij de week ervoor vriendinnetje van mijn geld op snackbar, chips, Bubblicious kauwgom en een boekje heeft getrakteerd). Maar hij loopt over van liefde en knikt ter goedkeuring. De manager opent de doosjes en deelt terloops mede: ’daar komt dan nog een geheugenkaartje bij (á € 19,95) en twee batterijen (á € 6, -)’.
Ho, wacht even! Eén jaar verkering; geweldig! Opvoedkundig gezien kan ik mij echter niet vinden in een cadeautje van meer dan € 30, -. Ik zeg Casper en de manager dat de koop niet doorgaat v.w.b. mijn zoon. Tegen vriend zeg ik dat ik niet zijn moeder ben en dus niet voor hem kan beslissen. Ik stel voor om zijn moeder te bellen. Met hangende schouders zucht hij verslagen ‘nee, laat maar….dát vindt mijn moeder ook te duur….’
De manager probeert ons nog goedkopere geheugenkaartjes aan te smeren, maar ik blijf bij mijn beslissing. Geërgerd en met de opmerking ‘wat verwacht u eigenlijk voor € 10, – ?’ doet hij de toestellen terug in hun doosje. (‘Because you had a bad day’?)
Met een betaalbaar kindercadeautje lopen we vijftien minuten later richting auto. Toch wel teleurgesteld vertelt de vriend dat zijn vriendin een cadeau van minstens € 30, – voor hem gaat kopen. Hij weet niet wat. Ik geef hem de bon mee. Hij moet het nog maar eens met zijn moeder bespreken. Casper weet ook niet wat zijn vriendin gaat kopen. Maar vast wel iets heel duurs.
Ik besluit op een ander onderwerp over te gaan.
Een week later is het zover. Op woensdagmiddag worden de jongens verwacht bij de meisjes. Buiten het gekochte cadeau heeft Casper (in het diepste geheim) nog een bakje gekleid en geverfd: hartjes paars, groen en roze. Zo zoet. Ik ben benieuwd wat de reactie zal zijn. En wat hij gaat krijgen.
Twee uurtjes later staan ze voor de deur. Alle vier. Of de grote broers thuis zijn? (Casper is nogal op zijn hoede voor plagerijen betreffende zijn liefdesleven). Nee, de kust is veilig. Binnengekomen krijg ik van vriendinnetje twee pakjes: ‘voor de vader en moeder van Casper’ (een zakje badzout en een reep chocola). ‘Ah, wat lief!’ roep ik uit (wie wil er nou niet zo’n schoondochter?). Ik wil nog veel meer zeggen maar Casper kijkt mij veelbetekenend aan: Mam, ga niet ‘raar’ doen.
Ik vraag natuurlijk wel wat hij heeft gekregen. Trots en met een lach van oor tot oor laat hij zijn gekregen cadeau zien. ‘Kijk mam: een pistooltje met echte kogels!’. Ach, wat romantisch!